Na twaalf jaar met veel plezier in de grafische wereld te hebben gewerkt, keerde Hans Toelen samen met zijn vrouw Babet vijf jaar geleden terug in de bakkerijwereld. In een molen in St. Michielsgestel die al bijna honderd jaar in de familie van Hans is, startten ze De Dungense Molenbakker. Ze bakken authentieke vloerbroden, gebruiken zoveel mogelijk regionale ingrediënten en verkopen streekproducten en mixen voor thuisbakkers. Met succes: het team bestaat nu uit vijftien mensen, waarvan vier bakkers.
WIE BEN JE EN WAT DOE JE?
Samen met mijn vrouw Babet en mijn team bak en verkoop ik eerlijk, authentiek vloerbrood van uitsluitend natuurlijke ingrediënten, vanuit de molen waar mijn overgrootvader en grootvader maalden. We zijn begonnen met 100% biologische ingrediënten, maar dat bleek niet haalbaar. Het is soms onmogelijk om te controleren of iets echt biologisch is. Daarom ben ik overgestapt op zoveel mogelijk lokale en regionale producten. Je ondersteunt er andere ondernemers mee én je kent de achtergrond van het ingrediënt. En dat is belangrijk voor me: ik wil weten waar mijn ingrediënten vandaan komen.
Ik wil geen onnodige e-nummers in mijn brood. We gebruiken bijvoorbeeld geen suiker, maar appelstroop of honing. En we bakken zonder L-cysteïne. Dat betekent wél dat je wat uit te leggen hebt aan de klant. Onze broden zijn na een dag of twee minder mals dan fabrieksbroden. Een consument moet begrijpen hoe dat komt. Daar tegenover staat dat ons brood veel beter smaakt! En klanten weten precies wat ze eten. Dat benadruk ik altijd tegenover bakkers die moeite hebben om hun ingrediënten prijs te geven: jouw klanten stoppen iets wat jij maakt in hun eigen lichaam! Dan hebben ze het recht om te weten wát.
WAT MAAKT JULLIE SUCCESVOL?
Eerlijk en open zijn over wat je doet. Mijn filosofie is: als je ambachtelijk werk doet, moet je mensen vertellen en laten zien wat je doet. We leveren een goed, authentiek product en zijn heel transparant naar de consument. Overal staan proefeilandjes waar klanten onze producten kunnen proeven, dat heb ik afgekeken van de Sligro. De winkeldames weten vrijwel alles van de producten en er is letterlijk geen drempel tussen de winkel en de bakkerij, dus de klanten kunnen ook de bakkers van alles vragen. Vooral thuisbakkers die bij ons mixen kopen, maken daar veel gebruik van en dat is leuk. Je hebt mensen die af en toe een keer wat bakken en ook brood bij ons kopen en mensen die dagelijks zelf hun eigen brood bakken. Of ze nu een brood kopen of de ingrediënten ervoor, dat maakt mij niet uit.
WAAR BEN JE TROTS OP?
Op Babet. Het was niet altijd gemakkelijk, zeker niet toen we net begonnen. De molen moest verbouwd worden, de bakkerij ingericht – ik had toen ik jong was wel bij bakkerijen gewerkt, maar nooit als eigen ondernemer – en we hadden ook nog twee jonge kinderen. Het was pionieren. Maar zij was sterk voor mij en ik voor haar. We hebben elkaar er echt doorheen gesleept. Daarnaast ben ik trots op ons team. Het zijn stuk voor stuk heel gepassioneerde mensen, zonder hen zouden we het niet kunnen doen. Mijn motto is: ‘Alleen ben je sneller, maar samen komen we verder’.
WAAR STAAT DE DUNGENSE MOLENBAKKER OM BEKEND?
Klein blijven. We hebben een tweede winkel gehad, maar hebben die heel bewust weer van de hand gedaan. Met de huidige manier van werken hebben we een mooi bedrijf, houden we ons sociale leven en kunnen we onze werknemers een heel leuke werkomgeving bieden. Doordeweeks draaien we geen nachten, alles gaat via de remrijskasten. Omzet is niet alles, het gaat om het totaal.
WAT IS JE AMBITIE?
Ik heb liever één winkel die ik helemaal in de hand heb én een privéleven, dan tien winkels. Mijn ambitie is dus niet om te groeien op dat vlak. Maar als ik echt mag dromen: een eigen veld, waar we bijvoorbeeld rogge op kunnen planten. Dan kan ik alle ambachten binnen het productieproces van brood laten zien: dat van akkerbouwer, molenaar en bakker.
HOE SPELEN JULLIE IN OP KLANTBEHOEFTEN?
Eén keer per jaar houden we een enquête, meestal via social media: welke producten mist u? Daarna brainstormen we met z’n allen, besluiten welke nieuwe producten we gaan maken en welke we uit het assortiment gooien. Dat laatste is heel belangrijk. Houd het eenvoudig.
WELKE UITDAGINGEN ZIE JE?
Voor jongeren is het de bakkerijbranche vaak niet zo aantrekkelijk. Het is een zwaar beroep, met lange dagen, vroeg opstaan en fysiek werk. Maar het is ook een prachtig vak. Ik vind het leuk om te vertellen over onze bakkerij en hoop dat ik daardoor jongeren inspireer om voor het bakkersvak te kiezen.
EN WELKE KANSEN?
De webshop hebben we vanwege tijdgebrek de laatste tijd links laten liggen. Daar gaan we nu weer meer aandacht aan besteden. Mensen die ons via de webshop leren kennen, komen ook eens langs in de winkel en nemen dan steevast ook andere dingen mee dan waarvoor ze kwamen. Andersom hebben we mensen die verder weg wonen en eens in de twee of drie weken langskomen. Via de webshop kunnen ze tussendoor aanvullende aankopen doen.
HOE HOUD JE JE PERSONEEL BETROKKEN?
Door transparant te zijn en ze overal bij te betrekken. We hebben regelmatig overleg en ze hebben zelf invloed op hun rooster. Dat is heel belangrijk vind ik. Iedereen heeft een privéleven. Ik ben hier zelf ook niet voor het geld, maar wil het op mijn 65e nog steeds leuk vinden om bakker te zijn. Zo hoop ik dat mijn personeel het over tien jaar ook nog steeds leuk vindt om in de bakkerijbranche te werken.
HEB JE EEN TIP VOOR COLLEGA’S?
Blijf jezelf, wees eerlijk en maak goede producten.