De eerste fase van het brood-productieproces is het kneden. Het zijn de reologische eigenschappen van het deeg die in grote mate de vorming en de afmetingen van de gasbellen in het deeg gaan bepalen. Tijdens het kneden legt men de basis voor de structuur van de kruim. Daarnaast is de beheersing en controle van de deegtemperatuur van het grootste belang wil men de broodbereiding tot een goed einde brengen.
Er is een goede correlatie tussen de kneedtijd en de optimale ontwikkeling van de gluten. Een optimaal gekneed deeg hangt echter niet alleen af van de tijd, maar ook van:
De energie die door het deeg opgenomen wordt tijdens het kneden is een uitstekende methode om te bepalen of een deeg al dan niet voldoende gekneed is. Deze methode is vrij eenvoudig: de motor van de kneder consumeert energie die gemakkelijk kan worden gemeten. Deze wordt uitgedrukt in kJ (1 kWh = 3600 kJ). Nadat een vooraf bepaalde hoeveelheid energie opgenomen is, stopt de kneder.
Het correct beheersen van de deegtemperatuur is om de volgende redenen belangrijk:
De factoren die invloed uitoefenen op de deegtemperatuur zijn de volgende:
De energie die door het deeg geabsorbeerd wordt, wordt omgezet in wrijvingswarmte en als gevolg daarvan gaat de temperatuur van het deeg stijgen. De temperatuurstijging is dus een methode om de ontwikkeling van het deeg te volgen. Daarenboven is de deegtemperatuur een belangrijke parameter in het productieproces en moet deze in ieder geval nauwgezet in de gaten gehouden worden. De soortelijke warmte van een deeg (de soortelijke warmte is de warmte die men nodig heeft om de temperatuur van 1 kg deeg met 1°C te doen stijgen) is gelijk aan 2,6 kJ/kg°C.
De deegmaker kan een stukje deeg nemen en moet dit dan uitrekken tot een dun vliesje om te zien of het glutennetwerk voldoende ontwikkeld is. Dit stukje deeg moet zich min of meer als kauwgom gedragen, goed rekbaar zijn, zonder dat het vliesje te snel scheurt.
Deze manier van beoordelen heeft wel nadelen:
Om te voorkomen dat er te veel warmte wordt ontwikkeld bij het kneden, beschikt men over een aantal methodes:
De controle op deegontwikkeling en van de deegtemperatuur is van groot belang, omdat de fysische eigenschappen van het deeg, en dus de verwerkbaarheid ervan, in zowel ambachtelijke als (semi-)industriële bakkerijen in belangrijke mate hierdoor bepaald worden. Daarnaast worden de kwalitatieve eigenschappen (volume, bakaard, structuur) van het eindproduct voor een groot deel hierdoor bepaald.